Dierentolk Marjon in gesprek met Josje.

Een hond is druk aan het blaffen en Josje heeft hier in het begin zeker aan moeten wennen. Nu heeft ze zoiets van: “Man, waar maak jij je toch druk om.” Maar ondertussen kan ze er wel zelf wat opgefokt door raken, vooral als de hond door blijft gaan.

Een poes bezoekt Josje regelmatig. Een licht met donkergrijs kleurige poes. De poes is vrij jong en volgens mij geen wilde kat.

“Zo Josje, jij hebt zin in communiceren. Leuk dat je al begint te vertellen.

Alsnog welkom knapperd.

Nicole heeft enkele vragen voor jou. Hierbij geef je mij het gevoel dat je dit wel al wist en zelfs aan het wachten was wanneer ik nu eindelijk eens contact zou komen maken met je.

Ja, ik voel wel dat jij er absoluut niet van houdt wanneer er te lang over iets gedaan wordt. Daarbij merk ik ook op dat jij de gedachtes van jouw verzorgers haarfijn doorkrijgt en dat je dit soms moeilijk kan plaatsen omdat de lichaamstaal dan anders vertelt.”

Al is het wellicht niet altijd aan Josje te merken maar ze denkt vrij snel, ze is zéér intelligent, en kan zich soms wat ergeren aan degene die langzamer is. Alhoewel het woord ergeren misschien niet het juist woord is, misschien moet ik zeggen dat Josje dan makkelijk ongeduldig eronder kan worden.

Als je iets met haar onderneemt zal ze óf er helemaal geen aandacht aan besteden, het is voor haar dan gewoonweg te simpel, of ze verliest snel haar interesse omdat wanneer ze iets een paar keer gedaan heeft ze het wel weet.

Plots laat Josje me weten dat, toen zij een maand of 6 was er een dier bij haar in de buurt werd ingeslapen. Zij heeft zich dit enorm aangetrokken, ook vond ze het vreselijk dat ze geen afscheid heeft kunnen nemen.

Door dit voorval kan Josje zich soms iets afstandelijker gedragen. Lijkt uit zelfbescherming.

“Meisje toch, soms gaat het niet zoals het zou moeten gaan. Jammer.

Zullen wij contact maken met de ziel zodat jij alsnog afscheid kunt nemen?”

Het duurde lang voordat de Ziel zich liet ‘zien’. Een ietwat schuchter naakthondje laat zich zien.

Het hoefde tijdens leven geen naakthondje te zijn, kan ook een pasgeboren dier zijn geweest die óf werd ingeslapen maar kan ook evengoed zijn dat het uit zichzelf is overleden.

Het diertje laat zich erg klein zien.

We zijn blij met dit contact, ook de Ziel zelf. Alsof het niet goed heeft geweten welke kan het op moest en nu eindelijk duidelijkheid mag krijgen.

“Wauw Josje, wat fijn dat wij deze lieve ziel mogen helpen, wat mooi dat jullie afscheid van elkaar kunnen nemen.”

Het lijkt wel alsof we alle drie sneller gaan ademen. Opgewonden is Josje nu. Ze voelt zich blij en voelt zich ook erg belangrijk.

“Je bent altijd belangrijk, lieve Josje. Maar ik begrijp dit gevoel nu wel. Je doet iets héél belangrijks voor deze ziel en dat voelt goed.”

Een tijd lang heb ik vanaf de zijlijn gewacht, totdat het voor zowel Josje als voor de ziel goed aanvoelde om hun eigen weg te kunnen vervolgen. Toen hebben Josje en ik de ziel tot aan de regenboogbrug begeleid. Het was duidelijk dat de ziel helemaal nog niet was overgegaan.

De ziel was ook zo uit ons blikveld verdwenen. Opgelucht en blij/bevrijd.

Ook Josje merkt dat er toch een bepaalde last van haar schouders af is.

“Daar ben ik heel blij om. Zullen we met Nicole ‘s vragen gaan beginnen?”

Ze vindt het prima.

“Voel jij je gelukkig op de plek waar je nu woont?”

“Over het algemeen wel, maar het mocht iets groter zijn voor mij. Ik ben wel wat uitgekeken op de hoekjes en plekjes. Maar ik ben wel gelukkig. Vooral met mijn maatje.

“Fijn om te vernemen. Over je maatje wilde Nicole inderdaad ook weten of je er blij mee bent. Over je varkens-maatje welteverstaan.”

Ha, Josje bedoelde eigenlijk het poezen-maatje.

“Oké Josje. Maar hoe vind je het dat er een varkentje bij is zodat jullie elkaar gezelschap kunnen houden?”

“Leuk.” Is het enige wat ik doorkrijg.

Maar tegelijkertijd valt het me wel op dat het maatje met regelmaat bij Josje in de buurt te vinden is en Josje zich dan als grotere zus voelt. Josje laat veel welgevallen en voelt zich altijd trots als het andere varkentje tegen haar opkijkt.

Het andere varken voelt jonger aan en oogt voor mij ook kleiner.

“Vind je dat de mensen om jou heen goed met jou omgaan?”

Josje vindt het heerlijk wanneer ze tegen haar praten. Er zijn een paar grotere mensen die over haar praten en maar zelden tegen haar. Dit voelt voor haar als kleinerend aan. Ze is daar gevoelig voor.

Het tegen haar praten, haar als intelligent wezen beschouwen, dat doet haar ontzettend goed.

Als iemand, die haar als gelijke behandelt, haar dan ook roept luistert ze graag. Bij degenen die haar minder directe aandacht geven lijkt ze wel doof of dom te zijn.

Jawel, de mensen om haar heen behandelen haar wel met respect. De meesten althans. Er is 1 persoon bij die bang is voor Josje.

“Josje, het voelt voor mij aan alsof die persoon sowieso erg snel bang is voor dingen en dit dan ook lichamelijk duidelijk laat zien. De persoon komt niet altijd even goed uit de woorden dus hij ‘spreekt’ veel met zijn lichaam.”

“Vind je dat er anders met jou omgegaan moet worden? En zo ja, hoe zou jij het graag willen zien?”

“Men mag wel iets meer geduld hebben. Soms ben ik gewoon nog ergens mee bezig en wordt men ongeduldig en moet ik opschieten en mag ik het niet afmaken.

Eén iemand borstelt mij weleens wat hardhandig, dat is niet zo fijn. Terwijl ik zachtjes borstelen erg lekker vind.”

Ze wordt blij wanneer ze haar masseren, kriebelen, aaien. Maar ze is niet blij wanneer ze haar plotsklaps aanraken, vooral als ze het niet ziet aankomen, zoals bijvoorbeeld wanneer ze haar achterste aanraken zonder dat ze daar toestemming voor heeft gegeven of heeft zien aankomen.

Aan haar oren zitten vindt Josje ook minder fijn. Er is maar 1 persoon die dit wel mag.

De veearts, daar heeft ze geen fijne ervaring mee en ze wil dan ook het liefst uit de buurt ervan blijven. Dit laat ze ook luidkeels horen.

“Waar kun jij boos om worden?”

“Als ze mij niet met rust laten terwijl ik eet. Of wanneer ik een emmer zie aankomen en daar zit geen eten in.”

“Waar word je blij van?”

“Als ze tegen mij praten, mij aandacht geven.

Warm water word ik blij van. Maar koude regen vind ik niet fijn.

Harde ondergrond voelt zo nu en dan wat pijnlijk aan, maar dan blijken mijn nagels iets te lang te zijn.

Ik word blij van lekkers.”

Zo, Josje weet goed wat ze wel en niet wil. Ze voelt voor mij ook best stabiel en gelukkig aan.

“De vraag of jij je begrepen voelt is volgens mij al voor een groot gedeelte beantwoord, is het niet?”

“Ja, ik merk wel dat niet iedereen mij zomaar begrijpt. Maar ik leer en de mensen om mij heen leren. En dat voelt goed.

Het voelt aan of de mensen die nu om mij heen zijn mij véél beter begrijpen, of proberen te begrijpen, dan de mensen die voorheen om mij heen waren.

Ook komt er regelmatig een meisje met mij praten, zo door het gaas heen. Dat is fijn en ik word daar blij van.”

“We hebben alle vragen van Nicole behandeld.

Is er iets wat jij zelf nog graag wil vertellen?”

“Jazeker, ik vond de laatste tijd het hooi wat muffiger smaken.”

“Goed dat je dit doorgeeft Josje.

Heb je misschien ook nog vragen?”

Ik hoorde eens dat er nog een maatje bij zou komen? Gebeurt dit ook?”

“Nicole zal hier wel antwoord op weten te geven.”

Josje houdt van lieve koosnaampjes. Sommigen praten met hele lieve woorden tegen haar en dan voelt ze zich super goed.

Ze voelt zich geliefd daar waar ze woont.

“Dank je wel lieve mooie Josje, dank voor het contact en je vertrouwen.

Ik wens je het allerbeste toe. Dag.

Nicole: Hallo Marjon,

Dank je voor het verslag!

Nou, daar schoot ik weer eens lekker van vol… jemig.

Dat Josje op een kinderboerderij woont had je misschien al wel in de gaten. Daar komen inderdaad regelmatig kattenbezoekers, en er worden ook veel honden uitgelaten aan de buitenkant van het terrein.

Voor wat betreft het hondengeblaf: ja, het komt regelmatig voor dat mensen met een hard blaffende hond enige tijd voor het hek buiten het terrein blijven staan.

Het ongeduld dat jij beschrijft over Josje komt me bekend voor, en daarbij is ze ook nog eens razendsnel in haar bewegingen en reacties. Wel grappig dat ze verderop in jouw verslag aangeeft over de omgang met haar dat ze vindt dat ‘men wel iets meer geduld mag hebben’… Bij mensen zouden we dat het meten met twee maten noemen, hum.

Zo lijkt ze ook regelmatig haar varkensmaatje letterlijk te ‘porren’: ze duwt dan met haar neus heel plotseling tegen zijn achterwerk alsof ze wil zeggen: ‘hé kom op, doe ook es wat slome!’

Josje ’s intelligentie en snelheid (o.a.) maken het voor ons wel lastig om haar van de gewenste uitdagingen te voorzien, daar moeten we nog meer in verzinnen. 

Dat er iets heeft plaatsgevonden bij Josje hebben wij ons ook al eerder zitten afvragen.

Voor wat betreft een vervelende ervaring met een veearts: we weten dat haar vorige eigenaren haar op iets latere leeftijd hebben laten steriliseren. Van wat ik daar – heel summier – over heb gehoord was dat nogal een gedoe met weg moeten brengen, operatie (ik weet niet hoe die is uitgevoerd en hoe oud Josje toen was), weer ophalen enz. Ik zou me voor kunnen stellen dat dat een hele vervelende ervaring voor haar is geweest.

Als Josje aangeeft dat het af en toe pijnlijk is om te lopen dan moeten we de nagels toch weer opnieuw na laten kijken. Pas geleden is de veearts geweest maar vond de nagels toen niet te lang. Ze lopen inderdaad vooral op een harde stenen ondergrond op dit moment, en de hoefjes slijten daar over het algemeen juist goed van af, ook bij de andere hoefdieren die we hebben. Hopelijk valt dat dus mee… 

Of er een dier bij haar in de buurt werd ingeslapen of is overleden toen Josje een maand of 6 was zou ik niet weten, maar ik vind het fijn om te lezen dat jij Josje hebt kunnen helpen om alsnog afscheid te nemen… mooi!

Dat Josje het fijn vindt als er tegen haar gepraat wordt, en dan vooral op een zachte en lieve toon, dat merk ik wel aan haar. Ik weet niet of ze mij bedoelt met ‘een meisje dat met mij zo door het gaas heen komt praten’, maar dat doe ik dus wel. Dan prijs ik haar door het hek heen zo ongeveer de hemel in en maakt ze van die tevreden geluidjes waarbij ze me recht in de ogen aankijkt met haar superintelligente blik en dan smelt ik zo’n beetje…

En ik kan alvast wel 2 medewerkers bedenken die nogal angstig op Josje reageren en die beiden wel passen in zoals jij het omschrijft als ‘een persoon die sowieso erg snel bang is voor dingen en dit lichamelijk ook duidelijk laat zien’…

Josje is na haar komst bij ons, zo’n beetje na de eerste maand, bijtgedrag gaan vertonen en een aantal verzorgers zijn helaas inmiddels toch nogal huiverig voor haar.

Naast het veel minder directe aandacht geven (aaien, masseren, dichtbij Josje zachtjes tegen haar praten) heeft dat bijten ook tot gevolg dat beide varkens niet (meer) tussen de bezoekers rondlopen. Dat lijkt te risicovol met kleine kinderen, en hoewel Kevin totaal geen bijtgedrag vertoont willen we de varkens toch graag samen op hetzelfde terrein houden en niet apart van elkaar (Kevin wel tussen bezoekers en Josje niet). Dus ook voor Kevin heeft dit gevolgen.

Overdag mogen ze, voor de verzorgers die dat aandurven, wel over het hele terrein lopen tot nu toe, maar zodra er bezoekers komen is het de bedoeling dat ze worden weggelokt naar hun eigen landje en dat hun hek dan dicht gaat. Dat lokken gebeurt met een beetje varkensmuesli, maar ik kan me zo voorstellen dat dat wat gehaast kan gaan en dan begrijp ik de meldingen van Josje wel dat men wel wat meer geduld mag hebben…

Ik zit me ineens te bedenken dat Josje jou meldt dat ze had gehoord dat er nog een maatje bij zou komen: in combinatie met dat ze toch veel oppikt van wat er om haar heen wordt gezegd en/of gedacht kan het zijn dat ze gesprekken heeft opgevangen die gingen over een ander maatje voor haar huidige maatje voor als Josje weg zou gaan…

Wel treurig als dat het is, want de conclusie vanuit het dierenteam is eigenlijk dat als ‘men’ (niet zijnde wij als dierenteam, maar wel vanuit het bestuur en een aantal verzorgers) toch wil dat Josje ergens anders gehuisvest gaat worden omdat de bezoekers niet bij haar kunnen omdat ze bijtgedrag vertoont. Het gezien de kleinschaligheid van de boerderij en de wens om dieren tussen de mensen te laten lopen wat ons betreft sterk zal worden afgeraden om op deze locatie en in deze constellatie met zoveel vrijwilligers nog varkens te willen houden.

Josje ’s overige opmerkingen zal ik meenemen, die zijn interessant: warm water, te hardhandig geborsteld, niet plotsklaps aanraken, niet aan de oren zitten, muffig hooi…

Tenslotte: ik heb zelf niet de indruk dat Josje zich ongelukkig voelt op onze locatie. Wel dat ze zich snel verveelt en soms wat ergert aan het een en ander.

Nog even iets, in samenhang met het afscheid nemen van een overleden dier: Toen Josje bij ons kwam hadden we net een half jaar daarvoor een ander varken op onze locatie in laten slapen, Zeus. Dat heeft Josje niet zelf meegemaakt, maar haar varkens-maatje wel. Kan het zijn dat zij van haar varkensmaatje daar informatie over heeft gekregen? Ik weet niet of dat mogelijk is, maar haar maatje heeft dat vrij ‘bewust’ meegemaakt… 

We hebben wel een hoogbejaard en doodziek geitje op de boerderij – door een veearts – laten inslapen toen Josje pas heel kort bij ons was, daar zou ze ook nog wel iets van mee gekregen kunnen hebben. 

Groet,

Nicole

Dierentolk: Het is zeker mogelijk dat Josje informatie over het inslapen van het andere varken heeft gekregen van haar varkensmaatje. Dieren communiceren onderling ook. Als een dier ergens mee blijft zitten kan het dat zeker delen met een ander dier.

Dit dier is nu energetisch afgesloten voor communicatie.

Wil jij zelf voor jouw dier een gesprek aanvragen?

Wil jij zelf leren om met dieren te communiceren?

Mail naar info@dezomerhof.nl

Wij helpen je daar met liefde verder.